Een hond staat volgens de wet niet gelijk aan een kind. Dat klinkt op zich logisch, maar het is wel een levend wezen. Volgens de wet zijn dieren tegenwoordig geen zaken meer, maar de wetsartikelen die op zaken zien zijn wel van toepassing op dieren. Daarmee is een huisdier als het ware een ‘roerende zaak’ en behoren huisdieren tot de inboedel.
Als jullie in gemeenschap van goederen zijn getrouwd of jullie viervoeter is van gezamenlijk geld gekocht, dan zijn jullie gezamenlijk eigenaar en valt de hond onder de bezittingen die bij de scheiding moeten worden verdeeld. Het blijkt vaak lastig om te beslissen dat één van jullie de hond krijgt, waardoor er wel eens een omgangsregeling voor een huisdier wordt vastgelegd in een overeenkomst. Een mediator kan jullie begeleiden bij het maken van een dergelijke overeenkomst.
Als dat niet lukt, blijven er twee mogelijkheden over.
- Ten eerste kan de rechtbank worden verzocht om een beslissing te nemen over een omgangsregeling. De rechter noemt een dergelijke omgangsregeling een beheersregeling. Dit is een regeling voor het gebruik en beheer van de hond. Let erop dat jullie wel gezamenlijk eigenaar blijven van de hond.
- Ten tweede kan de rechtbank worden verzocht de boedel te verdelen. Daarmee wordt de hond aan een van de eigenaren toegedeeld. De rechtbank zal daarbij niet alleen de belangen van de eigenaren meewegen, maar ook het belang van de hond zelf. Zie hier een voorbeeld van een uitspraak van de rechter hierover.
Uiteraard is het van belang om in te zetten op het maken van afspraken over je huisdier in onderling overleg, zodat de rechtbank daarover geen beslissing hoeft te nemen. Mocht je vragen hebben naar aanleiding van dit bericht of wil je meer weten over dit onderwerp, neem dan gerust contact met ons op. Wij staan je graag te woord.