Het is de hoogste tijd dat de wet draagmoederschap er komt.
Vragen aan de Hoge Raad
Vrij recent, op 17 december 2021, heeft de Rechtbank Den Haag zogenoemde ‘prejudiciële vragen’ gesteld aan de Hoge Raad over draagmoederschap gesteld. In een van deze zaken ging het om twee Israëlische mannen (wensouders) die ervoor hebben gekozen om hun kinderwens via hoogtechnologisch draagmoederschap in de VS te realiseren. In Israël en in de VS vermelden de instanties de wensouders als ouders met gezag. In Nederland nog niet. De vragen gaan over – kort gezegd – hoogtechnologisch draagmoederschap en de erkenning in Nederland van familierechtelijke banden die voortvloeien uit de buitenlandse geboorteakte die na dit draagmoederschap wordt opgemaakt.
In Nederland zijn geen wettelijke regelingen voorhanden die de rechtsgevolgen van draagmoederschap regelen. Internationale regelingen ontbreken ook. Er zijn geen duidelijke juridische wegen te bewandelen in dit soort zaken. Dit zorgt voor verwarring bij de wensouders.
Recente uitspraak Rechtbank Zeeland West-Brabant
De Rechtbank Zeeland West-Brabant heeft op 20 januari 2022 -op verzoek van de ouders- de beslissing niet aangehouden in afwachting van het antwoord van de Hoge Raad op de gestelde prejudiciële vragen.
In deze zaak hadden ouders in Georgië het traject van hoogtechnologisch draagmoederschap doorlopen. Het was hen niet op eigen kracht en met verschillende medische behandelingen gelukt samen een kind te verwekken. Het in Georgië geboren kind stamt genetisch van hen af. Het traject in Georgië was met de nodige waarborgen omkleed. Zij hadden een draagmoederschapsovereenkomst opgesteld. De fertiliteitskliniek had een verklaring gegeven waarin zij hadden bevestigd dat het embryo genetisch afkomstig is van de wensouders. Een bureau dat DNA-testen afneemt, heeft na de geboorte van de minderjarige nog een DNA-onderzoek gedaan. Dit bureau bevestigde dat de wensouders de biologische ouders van de minderjarige zijn. De draagmoeder heeft verder een verklaring afgelegd waaruit blijkt dat zij geen enkele bemoeienis met de minderjarige wenst. Ook is informatie over de ontstaansgeschiedenis in de toekomst beschikbaar voor de minderjarige. De geboorteakte van de minderjarige was overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door een bevoegde instantie in Georgië opgemaakt.
Desondanks hebben de instanties in Nederland deze geboorteakte niet ingeschreven. De reden hiervoor is vanwege strijd met de openbare orde, omdat de draagmoeder daarin niet als moeder is vermeld. Dit had volgens art. 1:198 lid 1 sub a Burgerlijk Wetboek (BW) wel gemoeten.
Adoptie en benoemd in voogdij
Dit maakt dat registratie van de geboorteakte in de registers van de burgerlijke stand niet mogelijk is en dat de geboortegegevens van de minderjarige zullen moeten worden vastgesteld.
De draagmoeder heeft naar Nederlands recht het eenhoofdig gezag over het kind. Het kind is het biologische kind van de wensouders en zij willen hem adopteren en het gezag over hem verkrijgen. Het kind wordt vanaf zijn geboorte door de wensouders verzorgd en opgevoed en het kind heeft niets van de draagmoeder te verwachten. Daarnaast kiezen de wensouders voor hun geslachtsnaam voor het kind en willen zij dat een voornaam aan de naam van kind wordt toegevoegd. In Georgië was het niet mogelijk om meer dan twee voornamen te registreren.
De Rechtbank Zeeland West/Brabant beëindigde de het gezag van de draagmoeder. De wensouders zijn benoemd in de voogdij. Verder heeft de rechtbank het verzoek tot adoptie van de ouders toegewezen en ook de verzoeken tot voornaamswijziging en geslachtsnaam. Ook heeft de rechtbank de geboortegegevens vastgesteld.
Het blijft bijzonder dat de biologische ouders hun eigen kind moeten adopteren om als juridische ouders te worden aangemerkt.
Zou het kabinet zich dan binnenkort toch gaan buigen over het wetsvoorstel draagmoederschap om onduidelijkheid in de toekomst te voorkomen?